*** Vooraankondiging: op 14 mei 2020 wordt de tweede Kennisdag Circulaire Speelruimte georganiseerd. Ook weer op de inspirerende locatie de Boerinn bij Woerden. Voorinschrijving is al mogelijk via deze link. ***
De kennisdag in 2019 was een dag vol met inspiratie en het delen van kennis op een achttal invalshoeken voor speelruimte. Dit zijn de belangrijkste lessen van de eerste Kennisdag Circulaire Speelruimte.
Na de plenaire start gingen de deelnemers uiteen in werkgroepen om gezamenlijk een thema te bespreken. De thema’s waren beleid en organisatie (door Elske Oost-Mulder van OBB en Sander Lubberhuizen van gemeente Apeldoorn) groen en natuur (door Dinand Ekkel van Aeres hogeschool Almere), beheer (door Gerbert van den Dikkenberg van Donkergroen), ontwerp (door Césare Peeren van Superuse), grondstoffenmanagement (door Peter Kreukniet van Insert), Total Cost of Ownership (door Sjoerd van Rossem van Kompan), veiligheid (door Jos Smit van Keurmerkinstituut) en participatie (door Ben Nitrauw van In Gesprek). Opzet van de werksessies was om drie speerpunten voor ieder onderwerp te formuleren die een kickstart geven aan een meer circulaire werkwijze voor speelruimte.
Er is niet één manier van circulair werken er zijn vele wegen die naar Rome leiden. Er zijn daarbij twee dingen enorm belangrijk:
We moeten fouten durven maken. Opstaan en weer door gaan. Hiermee haken we van harte aan op wat Jan Jonker (Jan Jonker is een Nederlands bedrijfskundige, methodoloog, organisatieadviseur, hoogleraar duurzaam ondernemen aan de Radboud Universiteit Nijmegen, en hoogleraar sociaal ondernemen & nieuwe businessmodellen aan de Toulouse Business School) zegt. Beginnen met prutsen.
Download bovenstaande afbeelding in .pdf
Pas natuurlijke constructiematerialen toe. Denk aan (regen)water, zand, takken et cetera.
Pas groen toe dat gelijk geschikt is om te spelen. Gebruik grotere maten beplanting, die al wat kunnen hebben, onopgekroonde bomen om te klimmen, struinstruiken waar je van kan plukken of hutten in kan bouwen, heuveltjes en wadi’s en hoog gras met bloemen waar je paadjes in maait.
Hergebruik materialen waar kan. Omgewaarde bomen uit een storm, verhardingsmaterialen uit een ophogingsproject, een rvs glijgoot zijn prima materialen om de speelplek mee op te leuken naast de groene inrichting. Waardebehoud gaat boven nieuw kopen!
Bedenk niet alles zelf. Ga eerder in de samenwerkingsmodus met uitvoerenden. Dit betekent eerder in de projecten een contractant aanhaken. Timmer daarbij niet alles dicht met randvoorwaarden waardoor contractant geen flexibiliteit of mogelijkheden meer heeft.
Ga in gesprek met je collega’s van financiën en inkoop. Budgetten en contracten moeten ruimte geven voor intersectoraal werken (groen, spelen en verhardingen) en speelprojecten over de jaarwisseling heen. Ze moeten meewerken met de circulaire opgave die er gemeente breed ligt.
Begin met prutsen. Ook al lijk je tegen muren aan te lopen blijf intersectoraal collega’s lastig vallen op zoek naar grondstoffen, combi’s in projecten, voor inspiratie en al het andere. Klein beginnen is makkelijker. Neem de successen mee naar het volgende project.
Start met grondstoffen in beeld brengen. Hiermee creëer je zichtbaarheid en schaalgrootte. Voor jezelf maar ook voor anderen. Ga aan de slag met materiaalpaspoorten en een marktplaats. Doe dit bij aanvang van een project, maar werk toe naar een totaaloverzicht.
Ga nadenken over wat eisen aan hergebruik zijn. En ga wat belangrijk is regelen. Bijvoorbeeld een opslagplaats, boomstronken na een storm zo lang mogelijk afzagen, andere funderingen zodat het er ook weer gemakkelijk uit of verplaatst kan en/of modulaire recyclebare toestellen.
Zorg voor kennis. Dit gaat om kennis over waarde, veiligheid, keuring, inspectie, technische specificaties, geschiedenis van materialen en hoe dit te borgen in aanbestedingen zodat de juiste contractanten worden ingeschakeld die circulair meedenken.
Breng de kosten reëel in beeld. Veel van de kosten van de speelruimte op de langere termijn (levensduur) brengen we nu niet in beeld. Door dit wel te doen ontstaat beter overzicht in werkelijke kosten. Denk aan transportkosten, montagekosten, onderhoudskosten en restwaarde bij einde levensduur. Geef daarbij ook een waarde aan duurzaamheid en speelwaarde.
Maak goede keuzes eenvoudig voor gebruikers. Door bewoners goed te informeren over wat belangrijk is voor een gezonde duurzame speelruimte, maken ze betere keuzes en kunnen ze beter meedenken. Bereid je participatie dus gedegen voor!
Informeel jezelf goed over producten. Ga eerder in de samenwerkingsmodus met leveranciers. Bedenk niet alles zelf en durf vragen te stellen om zo je problemen helder te krijgen en oplossingen te verzinnen die passen.
Denk meer integraal. Ga met verschillende disciplines samen (groen, verhardingen, water, spelen, sport, sociaal) aan de slag. Dit geeft meer oogstmogelijkheden voor aanbodgericht ontwerp en ruimere projectgrenzen. De beeldkwaliteit, gebruik en beheer zijn dan gelijk ook beter afgestemd.
Enthousiasmeer en informeer je omgeving. Breng iedereen kennis bij over circulair beheer en onderhoud; dit levert andere en meer gevarieerde spelmogelijkheden en meerwaarde voor de natuur. Praat over het eindbeeld (anders dan nu) in relatie tot de speel- en duurzaamheidswaarde.
Pak meekoppelkansen op. Denk aan klimaatdoelen en biodiversiteit; door meer te werken vanuit deze uitgangspunten ontstaan nieuwe ideeën en duurzamere speelplekken die bijvoorbeeld tegelijk ook hittestress tegengaan en zorgen voor waterberging.
Laat staan wat kan. Niets doen is soms beter en bestaande elementen kunnen vaak prima in een ontwerp worden ingebed. Doe eventueel wat aanpassingen of een verplaatsing. Waardebehoud is beter dan nieuw kopen.
Begin met wat je hebt. Ontwerpen vanuit materialen die voorhanden zijn zorgt voor meer creatieve en unieke speelruimte. Je kan pas starten met ontwerpen als je weet wat en waar je kan oogsten.
Denk in speelwaardes en dan pas in voorzieningen. Communiceren over speelwaardes en niet over voorzieningen. Spreek speelwaarden en beheerkaders af met bewoners en de ontwerper. Geef daarna de ontwerper de vrijheid. Zo zal er meer mogelijk blijken te zijn dan je dacht.
Het moet veilig (genoeg) zijn. Speelruimte hoeft niet per se te voldoen aan normen, maar moet gewoon veilig zijn. Er mag voor kinderen geen risico in zitten dat ze zelf niet in kunnen schatten. Hierin spelen veel meer factoren mee dan alleen de norm!
Weet hoe de normen werken. Goede kennis van normen zorgt voor meer bewegingsvrijheid in ontwerp. Door te weten wat niet kan kom je er vooral achter dat er heel veel wel kan! Met een goede risicoanalyse dek je ook de veiligheid of kan je een certificaat krijgen.
Toestellen keuren is eenvoudiger dan je denkt. Toestellen combineren, hergebruiken en opknappen is goed mogelijk. Wel is er dan een keuring nodig. Bespreek op voorhand met de keurder wat je wilt en zij zullen je aangeven waar je rekening mee moet houden. Een keuringsdossier maken is te doen.
Inspireer. Mensen reproduceren wat ze kennen. Dus wil je nieuwe ideeën dan moet je inspireren. Kies hiervoor goede beelden, bereid voor en breng het creatieve proces hiermee op gang.
Wees creatief. Zoek naar de weg eromheen als je niet rechtdoor kunt. Breng dezelfde boodschap eens in een ander format. Denk je in kringetjes vraag er dan mensen bij. Gooi ideeën nooit weg maar archiveer ze voor later.
Denk vanuit het kind. Kinderen worden minder belemmerd door randvoorwaarden als veiligheid, kan het technisch wel etc etc. Gebruik deze ‘andere’ manier van denken. Luister echt en maak gewoon af en toe iets wat gek is in volwassen ogen.